Stel je voor, de organisatie waar je werkt zit in de lift en er is ruimte voor investeringen. Een nieuwe man verschijnt, die vanaf nu altijd in je rug staat. Het is een aanwezige, schreeuwende Duitser die niet schroomt je op je plek te zetten, ondanks dat hij net binnen is. Verzaak je, dan krijg je het te horen. Dit is exact wat de verdediging van Heracles overkwam, toen de club zich versterkte met Martin Pieckenhagen in 2005.
De Almelose club is na 20 jaar Eerste Divisie weer terug op het hoogste niveau en heeft serieuze plannen. Versterkingen komen, waaronder de nieuwe Duitse doelman. Pieckenhagen is dan al 34 jaar oud, maar hij komt niet om af te bouwen. Martin komt om resultaat te halen. En dat lukt, want Heracles wordt een club om rekening mee te houden. Onder leiding van achtereenvolgens Peter Bosz, Ruud Brood en Gertjan Verbeek ontpopt de club zich als stabiele middenmoter. Waar in het begin het smoesje ‘kunstgras’ veelvuldig wordt genoemd, blijkt de club goed te kunnen voetballen – en sympathieke spelers voort te brengen, zoals onze Oosterbuur.
Met aan zijn zijde klinkende namen als Stefaan Tanghe, Kwame Quansah en Everton eindigen de Heraclieden sinds de promotie altijd boven de degradatiestreep, om in 2010 zelfs als 6e te eindigen. Op een dieptepunt na – het 9-0 verlies tegen Heerenveen in 2007 – is er een stijgende lijn te zien. Tekenend voor het vertrouwen waarmee Heracles speelt is een dolletje van Pieckenhagen met Jefferson Farfán tegen PSV. Het absolute hoogtepunt is zijn doelpunt: in de slotseconden van de wedstrijd tegen AZ scoort de doelman op z’n Duits de 1-1.
Martin is een van de bronnen van het succes en wordt benoemd tot aanvoerder van het team. Volkomen terecht, gezien zijn coachingskwaliteiten. De verdediging waagt het niet om een fout te maken, want dan staat verbale billenkoek van Martin op ze te wachten. Met zo’n brulbeer in je rug kijk je wel uit. Je wordt scherper, want je wilt niet de wind van voren van de Bruller uit Berlijn krijgen. Wat zou hij roepen in het veld? Verwacht geen ‘Bitte sehr’, ‘Danke schön’ of ‘Viel Erfolg’. Neen. Eerder ‘Scheisse!’ ‘Raus mit dir, du Schweinehund!’ en ‘Wahnsinn, Arschlog!’
In 2010 stopt Martin als keeper, maar spijtig genoeg heeft hij de voetballerij nog niet verlaten. Jammer, want ik zie ‘m vlekkeloos het bedrijfsleven ingaan en als manager zijn personeel bij de les houden. De juniors op hun vingers tikken en een schrikbewind voeren. Collega’s kijken wel uit, want voor je het weet krijg je de Duitse tornado over je heen. De boeman van de afdeling, behalve bij personeelsborrels. Dan transformeert hij in de gangmaker, hangt hij de lolbroek uit en rakelt sterke verhalen op over zijn tijd als profvoetballer. En met genoeg Weizen achter de kiezen, trekt hij zijn Lederhose aan en zingt Matias Reim in de karaokebar. Zei ik zingen? Brullen. Ik zie het helemaal voor me.
Piecke, kom gauw terug naar Nederland en begin een business. Ik word graag je collega.
Elke maand de beste odes en lijstjes in je mailbox? Meld je aan!
Tekst: Dirk van den Heuvel