Voetbalbroers zijn er in allerhande kleuren en smaken. Wesley en Rodney Sneijder, John en Edward Metgod. Of wat te denken van het olijke trio Ola, Collins en Paddy John? De Belgisch-Congolese familie Mpenza bracht echter mijn favoriete broederschap voort: Émile en Mbo. Een razendsnelle tandem met een neusje voor de goal. De succesvolste van de twee? Jongste telg Émile presteerde zowel op als buiten het veld, terwijl Mbo een bescheidenere rol vertolkte in de Belgische voetbalgeschiedenis.
Eka Basunga Lokonda Mpenza, Émile voor vrienden, kende een droomstart als 17-jarig knaapje in het tenue van SV Kortrijk. De aanvaller werd – in tegenstelling tot broer Mbo – gezien als dé belofte van de Belgische competitie. Een jaar later vertoefde de gezwinde spits reeds in Luik, waar hij de torenhoge verwachten van toenmalig keuzeheer Aad de Mos niet meteen in kon lossen. Émile voelde zich niet helemaal op zijn plek, maar vormde inmiddels een gevreesd aanvalsduo met Branko Strupar bij de Rode Duivels. Let wel: we schrijven eind jaren negentig. Een tijd waarin een voetballer met een koloniale achtergrond nog geen schering en inslag was in de Belgische equipe. Roomblanke types als Bart Goor, Lorenzo Staelens en Filip de Wilde deelden de lakens uit in de kleedkamer. Émile was dan ook een buitenbeentje. Een enfant terrible. En wat voor een.
Snelle auto’s. Nog snellere vrouwen. Emile lustte er wel pap van. Gedurende zijn carrière kwam de Belg met Congolese roots veelvuldig in aanraking met de lange arm der wet. Zo probeer Émile in 1998 met zijn twee dagen oude Porsche Carrera 911 een hert te ontwijken en klapte zodoende tegen een boom. De spits én het hoefdier kwamen gelukkig met de schrik vrij, maar Mpenza blesseerde zich aan de ligamenten van zijn knie. Einde seizoen.
In de voetbaljaargang die volgde, herpakte de Congolees zich en verdiende een transfer naar het Schalke 04 van Huub Steevens. Bij Die Königsblauen liet Émile zijn voeten spreken, al zou de eenzaat naar eigen zeggen nooit zijn aspergebedden in het Ruhrgebied aanleggen. Émile zocht derhalve naar een uitlaatklep en vond deze in rappe bolides en aantrekkelijke WAG’s. Het duurde niet lang voordat brokkenpiloot Mpenza zijn ditmaal knalrode Ferrari 360 tegen de vangrail parkeerde. Ondanks alle malheur wist Émile tussen neus en lippen door toch nog Miss België het hof te maken. Nadat voorzitter Rudi Assauer hem een hersenoperatie aanraadde, was de maat nochtans vol. Mpenza keerde terug naar Standard Luik.
Aldaar liep zijn relatie met Miss België op de klippen, al schaakte Émile subiet een nieuwe Miss België-finalist, waarmee hij zoon Lenny, vernoemd naar Kravitz, verwekte. Ongelukkigerwijze was de nummer 9 wederom geen succesnummer in de Belgische industriestad en belandde via HSV in de zandbak.
Zon, zee, oliegeld, wagens, vrouwen en strand. Émile voelde zich in Qatar als een vis in het water. Voetbal was inmiddels bijzaak geworden voor het woelwater en Émile liet het zich goed smaken. Met het 19-jarige topmodel Jade Foret aan zijn zijde was de voorhoedespeler een graag geziene gast in exquise clubs over de gehele wereld.
Na een avondje stappen in 2006 scheurde Émile in zijn pikzwarte Lamborghini zigzaggend met 202 km/u door de Antwerpse straten. Mpenza bleek 7 pils achter de kiezen te hebben en mocht zich de volgende dag melden bij de Officier van Justitie. Datzelfde jaar was Émile wederom onderwerp van gesprek. Zijn gedesillusioneerde ex-liefje beschuldigde de voetballer van doodsbedreigingen via sms, al heeft het piepjonge model deze aantijgingen nooit hard kunnen maken.
Het moge duidelijk zijn: Émile was zijn tijd ver vooruit. Een schoolvoorbeeld voor de glamourvoetballers van tegenwoordig. Royston Drenthe, Quincy Promes en Memphis Depay hebben hun streken ongetwijfeld afgekeken van de ultieme bad boy van de jaren negentig.
Émile Mpenza, een enfant terrible van het zuiverste water.
Elke maand de beste odes en lijstjes in je mailbox? Meld je aan!
Tekst: Niek Leermakers