Voetballerliefhebbers zijn er in allerhande kleuren en smaken. De één heeft een zwak voor tijdloze stillisten als Andrea Pirlo en Dennis Bergkamp en de ander geniet intens van echte bikkelaars als Marco Materazzi en Vinnie Jones. Mijn voorkeur gaat uit naar de vreemde eenden in de bijt, de paradijsvogels en onverwachte publiekslievelingen die de Eredivisie eind jaren negentig overspoelden. De favoriet van het Eindhoven’s publiek? Tomasz ‘Tomek’ Iwan.
De goedlachse middenvelder, opgeleid bij een bescheiden laagvlieger uit de Poolse periferie, arriveerde eind 1994 in Zuid-Limburg, waar hij met verve de clubkleuren van Roda JC verdedigde. Tomek floreerde bij de Koempels in rappe acties langs de zijlijn, niet zelden gevolgd door een strak op maat gesneden voorzet. Deze specifieke kwaliteit leverde hem een mooie transfer naar Feyenoord op, waar de Pool helaas bezweek onder een veel gehoorde kwaal: Kuipvrees. Wat bleek? De immer vrolijke Tomek was op de trainingen in Rotterdam té vriendelijk en kwam daardoor vaak niet in aanmerking voor een felbegeerde plek in de basiself.
Desalniettemin heeft Iwan heeft, naar eigen zeggen, tijdens zijn mislukte avontuur in de havenstad geleerd om juist geen ‘sorry’ te zeggen. Gesterkt met een nieuw verworven hands-on-mentaliteit, een gezonde dosis joie de vivre en een prima vooruitzicht om met de gelouterde topcoach Advocaat te kunnen werken, pakte Tomasz subiet zijn biezen. De Pool brak zonder pardon alle banden met de Rotterdamse selectie. Alleen landgenoot en Feyenoord-sluitpost Jerzy Dudek kon nog op Tomek’s goedkeuring rekenen.
In Eindhoven, waar Tomek gedurende drie jaar zijn de linker- en/of rechterflank bestreek, had Tomek vanaf minuut één de smaak te pakken. Ook in het Philips-stadion vonden zijn karakeristieke voorzetten – met binnenkant voet – regelmatig het hoofd van Ruud van Nistelrooij, René Eikelkamp of lulletje rozenwater Arnold Bruggink. Het leven lachte Tomek weer toe: niet veel later keerde de flankspeler terug bij het Pools nationaal voetbalelftal.
Na zijn succesvolle periode in de lichtstad – Tomek tikte aldaar twee landstitels binnen – kwam de Pool via, Trabzonspor en, jawel, RBC Roosendaal uiteindelijk bij Lech Poznan terecht. Iwan besloot na zijn voetbalcarrière in Polen te blijven en verruilde zijn voetbalkicksen voor kunstschaatsen. De dribbelaar met soepele heupen wist tussen zijn pirouettes door met een aantal slimme investeringen zijn fortuin flink uit te breiden.
Inmiddels is Tomek helemaal het mannetje, getuige deze reportage van Pollywood, en lacht de slungelige Neder-Pool zijn voormalig criticasters vanachter een mahonie-houten bureau vierkant uit.
Tomek Iwan, een self-made man, inclusief gelmat in de nek, overhemden met veel te hoge kraag en een jonge deerne aan zijn zijde. Hier in Nederland kijken we met een jaloerse blik naar deze succesvolle entrepreneur. En terecht.
Niet Mr. Polska, maar Tomek Iwan is daarom zonder twijfel Neerlands’ favoriete Pool. Een knuffelpool pur sang.
Elke maand de beste odes en lijstjes in je mailbox? Meld je aan!
Tekst: Niek Leermakers