Waar Winston Bogarde in de Premier League hét icoon werd van een succesvolle bankzitter, vormden deze 11 oud-profs de absolute crème de la crème van de Nederlandse dugout. Uiteenlopend qua afkomst, religie en positie, maar met één gemene deler: een schrijnend gebrek aan speelminuten. Dromend van een glorieuze toekomst en een grote doorbraak kwamen zij nooit verder dan de bank.
1. Eric Addo
Misschien wel de meest succesvolle bankzitter ooit. Weinig voetballers waren met zo weinig speeltijd zo bepalend voor de prijzenkast van hun club als Eric Addo. Geen speler werd zo vaak kampioen met PSV als hij en zijn contractperiode gaat de boeken in als het meest succesvolle decennium uit de clubhistorie. Met Eric Addo in de dug-out was het Eindhovense keurkorps tien jaar lang ongenaakbaar.
2. Christian Gyan
De Kuip is niets minder dan een slagveld. Talloze aankopen sneuvelden onder de immense druk van het legioen en degradeerden binnen afzienbare tijd tot opvulling van de bank. Zij kwamen dan vaak naast Gyan te zitten, die al net zo trouw was aan zijn club als zijn bovengenoemde Ghanese metgezel. En zeker zo goedlachs. De ideale reserve. Hoewel Chris meestal zat, stond hij er als hij er moest staan, met God altijd aan zijn zijde. De rechtsback sloot in 2010 zijn carrière af bij een onbeduidend clubje in Finland, met in 15 jaar slechts 141 competitiewedstrijden op de teller. Cijfers. Boekdelen.
3. Tomek Iwan
Het schoolvoorbeeld van een typische breedteversterking. Een rol die hij zowel bij PSV als Feyenoord met verve vervulde, maar nimmer zou ontstijgen. Dat Iwan steevast omschreven werd als ‘de vriendelijke Pool’ zegt eigenlijk alles. In het leven moet je soms een klootzak zijn. Geen kunstschaatser.
4. Fred Grim
De reservekeeper. Een uniek soort in de voetbalwereld. Elke topclub heeft er wel een of twee. Soms geduldige jongelingen, vaak ervaren routiniers. Fred Grim behoorde tot het laatste genre. Na een mooie periode bij Cambuur stond de doelman liefst 9 seizoenen onder contract bij Ajax, voornamelijk als stand-in van de beste doelman van Nederland ooit. Geen straf. In 2002 nam de geboren Amsterdammer op 37-jarige leeftijd van het profvoetbal, met toch nog 100 duels in het rood-witte tricot op de teller. Soms kan bankzitten ook mooi zijn.
5. Leonardo I
Zijsporen. De Brazilianen zat er tijdens loopbaan talloze keren op. Blessures, valse paspoorten – hindernissen te over voor Leonardo Vitor Santiago. Maar het waren vooral de nukken van de talentvolle Braziliaan die een doorbraak in de weg zaten. Ruzie bij Feyenoord. Ruzie bij NAC. Ruzie bij Ajax. Ruzie bij Redbull Salzburg. Je kan een man wel uit de favela halen, maar de favela niet uit een man.
6. Robert Fuchs
De jongen uit Woensel. Hij wilde zo graag. En hij bleef het maar proberen. Tot drie keer toe keerde de bleue middenvelder terug van een verhuurperiode bij De Graafschap, smachtend naar speelminuten en erkenning van zijn eigen club. Die erkenning zou nooit komen, dat had Robert na 9 seizoenen eindelijk door. Het boek PSV ging voorgoed dicht en Fuchs streek een paar kilometer verderop neer in Waalwijk. Een warm bad. Oude liefde roest echter niet, ook al komt het maar van één kant.
7. Sonny Silooy
Zo glorieus als de jaren ’80 voor Sonny in het shirt van Ajax waren, zo teleurstellend was het decennium erna. De oorzaken zijn in retrospect eenvoudig aan te wijzen: blessures, pech en Louis van Gaal. Waar zijn ploegmaats zich ontwikkelden tot beste team van de wereld, werden de speelminuten voor Jan Jacobus schaarser en schaarser.
8. Giorgi Gakhokidze
Een chronisch gebrek aan uitstraling, een timide inborst en een niet in te halen taalachterstand zorgden ervoor dat Giorgi 3 seizoenen lang volledig werd genegeerd door coach Eric Gerets. Of de Belg überhaupt iets van het bestaan van de Georgiër wist, was in die dagen de grote vraag op De Herdgang. Later bleek dat het niet aan Gerets lag. Ook de rest van zijn carrière bracht Gakhokidze zijn tijd voornamelijk op één plek door: de bank.
9. Ole Tobiasen
5 seizoenen Ajax, 24 competitiewedstrijden – de cijfers spreken boekdelen. Hoe goedlachs de Deen ook was, een zwak fysiek bleef hem parten spelen. Alleen in zijn eerste seizoen onder landgenoot Morten Olsen wist Ole iets van zijn klasse aan de rechterzijlijn te laten zien. Daarna was het revalideren wat de klok sloeg.
10. Cláudio
Maar liefst 6 jaar kwam de graatmagere Braziliaan uit Tauá uit voor de Eindhovenaren. Gehaald als (een van de vele) opvolgers van Ronaldo maakte hij zijn belofte echter nooit waar. In de voorbereiding wel, waar de iele spits immer op schot was, maar niet voor het ‘echie’. Door kopstukken als achtereenvolgens Luc Nilis, Ruud van Nistelrooy en Mateja Kezman zou die doorbraak nooit komen. Hij vertrok, als een dief in de nacht.
11. Ferdi Vierklau
Het eerste deel van zijn loop was Ferdi Vierklau de gevierde man, de tweede helft bracht hij vooral door als miskoop. 16 miljoen gulden. Niet minder dan dat legde Ajax in 1998 neer voor de verdediger, nadat eerder ook al Tenerife diep voor hem in de buidel tastte. Ferdi faalde en beide partijen beleefden weinig plezier aan de transfer. Met geknapte hamstrings en een geknakt zelfvertrouwen nam de Bilthovenaar in 2002 afscheid. Gelukkig is er meer in het leven dan voetbal.
Elke maand de beste odes en lijstjes in je mailbox? Meld je aan!
Tekst: Erik Molkenboer